Balans creëren door recht richten: 



Hierbij draait alles om het welzijn van het paard en het gebruik van de juiste biomechanica. Ik vind het belangrijk dat het trainen draait om een harmonieuze samenwerking tussen trainer en paard. Ik geef les en train vanuit de 4 dimensies van het biomechanisch correct recht richten, deze zijn verticale en horizontale balans, latroflexie en verplaatsing in het diagonale vlak. 



Elk paard is van nature scheef wat betekent dat elk paard een voorkeurskant heeft. En dus makkelijker/moeilijker te trainen is op een hand. Het paard is links of rechts gebogen maar vaker naar rechts dan naar links. Hierdoor wordt het paard scheef belast wat effect heeft op het hele lichaam en kan lijden tot kleine maar ook grote blijvende blessures. Denk hierbij o.a. aan: peesblessures, rugklachten of zelfs kissing spines, artrose en vele andere blessures. En hierdoor ook mentale/gedragsproblemen. Helaas komen deze klachten vaak te laat en is het daarom belangrijk om altijd goed naar het paard te kijken en te luisteren als hij of zij kleine signalen afgeeft. Daarom is het belangrijkste in de training om het paard zo recht mogelijk te krijgen en daardoor ook de belasting zo gelijk mogelijk te maken. Daarbij is in de training belangrijk dat er getraind wordt zonder druk en met lengte in de hals van het paard zodat het voor het biomechanisch correct is.



Verticale balans:

Dit is de balans tussen links en rechts van het paardenlijf met name het gewicht van de voorhand en de druk op de voorbenen. Het ene voorbeen krijgt dus meer lichaamsgewicht dan het andere voorbeen doordat het diagonale achterbeen het gewicht stuwt naar het voorbeen.  Dit heeft o.a. te maken met welke kant het paard het liefste naar toe buigt. Het rechts gebogen paard buigt dus het liefste in aan de rechterkant van zijn lijf waardoor het rechterachterbeen graag een stuwende beweging maakt naar linksvoor doordat het rechterachterbeen graag buiten de massa is. En bij het links gebogen paard weer andersom. Je kan je dus wel voorstellen dat het been met het meeste gewicht zwaarder belast wordt en dus meer kans op slijtage/ blessures. Zeker met onze belasting/ gewicht erbij. En het paard dat niet verticaal in balans is zal zich proberen te balanceren in zijn hals en hoofd en kan hierdoor niet stabiliseren.

Horizontale balans:

Dit is de balans tussen de achter en de voorhand van het paard. Het paard is vanuit de natuur 3/5^e gewicht op zijn voorhand draagt en 2/5^e gewicht op zijn achterhand. Om dat het paard van oorsprong gemaakt is om o.a. heel wat uur per dag te grazen geeft dit geen problemen op het moment dat het paard niet in training is. Zodra het paard getraind/belast wordt komt er teveel gewicht op de voorbenen zeker met onze belasting/ gewicht erbij. Hiervoor is het dus belangrijk om de horizontale balans te balanceren over de voor en achterhand zodat de belasting van de voorhand verminderd wordt en zo ook de slijtage en kans op blessures.



Verplaatsing in het diagonale vlak:

Hierbij spreken we over het verplaatsen van de voorhand ten opzichte van de achterhand. Als het paard recht is loopt het paard op de volte met de voorhand van de lijn af. Om buiging te krijgen is het dus nodig om de voorhand te verplaatsen op de lijn van de volte en voor de achterhand. Hierdoor krijg je meer sluiting en gedragenheid van de achterhand hierdoor krijgt het paard meer aanspanning van de buikspieren en kan hij zijn schoft liften.



Lateroflexie:

Als ik het heb over de lateroflexie praat ik over de juiste buiging en aanspanning van het hele lichaam naar links of naar rechts. Hierbij komt ook het correct draagvermogen van het binnen achterbeen kijken. Het is belangrijk dat hierbij alle wervels mooi in één lijn gebogen zijn en hierbij komt de neus voor het borstbeen. Als het paard niet verticaal in balans is kan het paard geen correcte lateroflexie aannemen. Het correct laten buigen zonder disbalans is nog best een uitdaging zeker omdat het paard zich in veel kronkels kan forceren. Maar op het moment dat het paard verticaal in balans is en al bezig is met zijn horizontale balans komt er vanzelf als dit goed gemanaged blijft komt lichte mate van lateroflexie omdat de achterbenen van het paard wijder staan dan de voorbenen.  Dus op het moment dat het paard moet sluiten wordt het draagvermogen van het binnen achterbeen vergroot. Maar doordat het paard wat gaat buigen kan het paard zich ook meer gaan sluiten in de horizontale balans.  
 

Hoe kan je zien dat je paard uit balans is? Hieronder wat grote signalen:

·     Je paard is makkelijker te trainen op een bepaalde hand

·     Je hebt een ongelijke of onrustige aanleuning dus geen stabiliteit

·     Paard kantelt

·     Paard krult zichzelf op/ loopt achter de loodlijn

·     Paard hangt in je hand

·     Je hoort het paard duidelijk landen

·     Paard loopt scheef

·     Verschil in teugeldruk (1 te los en de andere te strak)

·     Paard heeft een kort lang pas (ongelijke pas van de voorbenen) hierbij kijkend vaak ook ongelijke hoefstand (1 plattere hoef en een wat stijlere hoef)

·     Verschil in bespiering tussen links en rechts

·     Atrofie (afname) van bepaalde spieren of juist hypertrofie (toename) van de bespiering

·     Je paard is flegmatiek of juist heeinl erg gevoelig voor prikkels/schrikkerig

·     Je paard vertoond staak/ongewenst gedrag

·     Je paard vertoont signalen van ongemak (bijv. staart zwiepen)

·     Het scheef dragen van de staart

·     Scheve stand in de bekken

·     Pijnlijk of verstrakte spieren

·     Scheve kussens met opnieuw opvullen van het zadel

·     Moeite met zijgangen en ook verschil tussen zijgangen linksom of rechtsom

·     Geen juiste aanspanning en ontspanning in het lijf (zoals van de rug en romp)

·     Paard wisselt in tempo

·     Paard stuwt van achter naar voren en kan dus niet dragen

Dit kunnen uiteraard ook symptomen zijn van meerdere oorzaken, want alles hangt met elkaar samen. Zo ook het management en het harnachement van het paard.


 

De vlakken waarop ik ondersteuning kan bieden:

*Longeren (enkele longe/dubbele longe)

*Rijden (dressuur/houding en zit/rijden in vrijheid/springen) 

*Werken aan de hand (werken aan de lange teugel/       werken aan de korte teugel/ werken aan de kaptoom,   halster/touwhalster)

*Grondwerk 



*Revalidatie traject: Ik kom langs om de mogelijke vooronderzoeken te bespreken en te bekijken en vervolgens het      paard te onderzoeken. En op basis daarvan maak samen met de trainer een behandel en of trainingsplan.



Behandeling:

*Craniosacraal

*Myofascia release

*Combinatie van craniosacraal therapie en Myfascia release therapie. 

Hieronder zie je o.a. een fractie van het revalidatie traject van de bruine pony. Zoals je ziet begon ze erg slecht maar gelukkig zagen we met 2 maanden al een wereld van verschil!